Wie wat bewaart............... ............. die weet wat!

Het Bildt

Door de Coronacrisis ging de reis dit jaar niet naar Frankrijk, maar naar Friesland. Mooi land en volop geschiedenis! In het noorden van wat in de Middeleeuwen de monding van de Middelzee was, ligt het Bildt, een groot landbouwgebied met vanouds grote kavels. Dit gebied werd in 1505 ter bedijking uitgegeven door de toenmalige machthebber over Friesland, hertog George van Saksen. George was een gewiekst zakenman die zich vóór de bedijking goed had laten informeren over het lokale grondrecht en zocht voor het werk bedijkers in Holland. Het Friese grondrecht bepaalde namelijk dat land na bedijking in handen van de bedijkers kwam, het Hollandse grondrecht daarentegen dat het land aan de heer bleef. In februari 1505 sloot hij een overeenkomst met de gebroeders Van Wijngaarden en een schoonzoon van een van hen. Deze Zuid-Hollandse aannemers namen hun eigen mensen (meer dan duizend man!) mee vanuit Holland, Zeeland en Brabant. Binnen een jaar lag er een dijk van 14 kilometer lengte en was het (oude) Bildt een feit. Hierna volgde nog het delven van sloten en dergelijke, zodat er nog jaren werk was. Een aantal families bleef er wonen in dorpen die zij noemden naar de plaatsen van herkomst, zoals Althoenae (nu: St Annaparochie) en Kijfhoek (nu: Vrouwenparochie). Verondersteld wordt dat er ook een relatie met Voorne is. Bekend is dat de gebroeders Van Wijngaarden samenwerkten met Adriaen Cornelisz. van Cleyburg, destijds baljuw van Voorne. Vast staat dat in de jaren 1527-1557 in het Bildt ene Huig van den Briel woonde die ‘Bildtmeier’ werd genoemd, de aanduiding voor de eerste pachters. Onderzoek door de dialectgeograaf Gesinus Kloeke naar het Bildts - dat afwijkt van het Fries – toont bovendien aan dat er overeenkomsten zijn met de taal van Voorne.

Aart van der Houwen (aa.vander houwen@streekarchiefvp.nl)